Mwenge Sikuli, Sten
Verhaegen & Christophe Vandeginste
AC: 2012-2013
Howest, 8500
Kortrijk
Fase 1 : Benoemen, valideren en prioriteiten van de problemen in het handelen zoals de cliënt deze ervaart.
Anamnese
Ø
C.V.
Ø
11 juli 1953
Ø
Geboren te Leuven
Ø
Belg
Ø
Gehuwd
Ø
1 zoon en 1 dochter
Ø
Omgeving :
Rijhuis in het centrum van de stad, het
rijhuis bevat vele verdiepingen. Ze gaat met de fiets naar het werk.
Ø
Beroep :
Logopediste
Ø
Hobby’s vroeger en nu :
Bewegen, werken in de tuin, bakken,
fotografie, lezen in de krant, lezen in dikke boeken en reizen. Tegenwoordig
houdt ze het lezen niet lang vol door reuma die zich steeds verder
manifesteert.
Hoe staat Claire tegenover het creëren van een
nieuw hulpmiddel?
Iets dat compact is, waarbij ze graag in lig en of zit
kan lezen gedurende langere periode. Dit liefst met neksteun. Ze had graag iets
gehad dat verstelbaar is in hoogte en breedte. Omdat de technologie nooit stil
staat, had ze ook graag kunnen werken met de Ipad, dit terug voor een langere
periode.
Vaststellen van de voor cliënt belangrijke problemen in het handelen
De problemen situeren zich vooral op het fysieke vlak en deels het cognitieve vlak. Bij het scoren van haar eigen ontwerpen, zijn deze naar tevredenheid en uitvoering grandioos gebuisd. We geven hierbij een score van 0/10.
Fysiek
De fysieke ongemakken ervaart ze slecht en ze gebruikt
een brace in de nacht om de gewrichten te ontlasten.
Bij transfers van slaapkamer naar keuken of keuken
naar living ervaart ze momenteel nog geen problemen.
Fietsen gaat steeds moeizamer omwille van problemen
met haar staartbeen.
Onlangs kreeg ze een vergevorderde artritis
vastgesteld waarbij de sacro-iliacale gewrichten zijn aangetast. De fijne
motoriek verloopt veel moeizamer.
Cognitief
Haar algemene toestand beschrijft ze eerder als een
lastige situatie. Maar ze neemt de dagen zoals ze komen. Ze heeft wel moeite
omdat ze hobby’s moet laten vallen door haar ziekte.
Vermoeidheid
komt niet omwille van de cognitieve functies maar door de fysieke problematiek.
Het vaststellen van de indicatie voor ergotherapie
C. heeft een bedreigende situatie op vlak van
vrijetijdsbesteding met andere woorden zijn haar dagelijkse handelingen verstoord.
Bij het lezen vertoont ze ernstige problemen en dankzij de ergotherapeut kunnen
advies en gewrichtontlastende middelen worden aangereikt, dit in samenwerking
met studenten design. Er moet een evenwicht gevonden worden tussen wat ze wil
en wat ze nog kan doen. Een gepersonaliseerd hulpmiddel is hierbij broodnodig .
Fase 2 : Selecteren van één of meerder theoretische kaders
Ø
Ik maak gebruik van het PEO – model vanwege de
“fit” die geïllustreerd wordt tussen Persoon, Omgeving en Handelen, gebaseerd
op Law et al. Bij C. zijn deze gebieden ver van elkaar verwijderd. Het handelen
is dusdanig verstoord dat dit ook invloed heeft op de intrapersoonlijke
componenten. De omgeving kan ze bijgevolg ook niet meer optimaal gebruiken.
Wanneer we de omgeving veranderen, het “ideale leeshulpmiddel”, zal de “fit”
groter worden waarbij het gebied van de uitvoerende handelingen vergroot. Het
handelen beperkt zich niet enkel tot het lezen en de vrijetijdsbesteding maar
dit kan uitgebreid worden op vlak van koken en zelfs werk.
Fase 3 : analyseren en vaststellen van componenten van het handelen en condities van de omgeving
1. De persoon
(Werd reeds beschreven
in bovenstaande punten)
1.1. We
richten ons vooral op de fysieke situatie van C.
Ø
Het huis kent vele verdiepingen, wat niet
idealiter is voor een persoon geconfronteerd met reuma.
Ø
C. kan geen boek lezen gedurende 30 minuten. Leesuithouding
is minimaal.
Ø
Daarom zijn er verschillende plaatsen in het
huis waar ze kan wisselen van houding.
2. Het handelen
2.1. Vrije
tijd
Ø Boeken
Ø Televisie
Ø Wandelen
Ø Fietsen
Ø Reizen
Ø …
2.2. Productiviteit
In de werksituatie
ondervindt ze momenteel nog geen last, toch had ze graag met een Ipad kunnen
werken om zo thuis haar werk verder te kunnen zetten.
Hobby’s vallen weg door
de aanslepende ziekte. Lezen is voor haar echte ontspanning en dit weg nemen
zou een groot verlies betekenen voor haar.
3. De omgeving
3.1. Fysiek
Er zijn geen aanpassingen in huis. Transfers
uitvoeren lukt nog altijd.
Fase 4: inventariseren en vaststellen van sterke kanten en hulpbronnen.
Sterke kanten van de cliënt
Ø
Inventief, kunstgericht, groot relativeringsvermogen,
hulpvaardig
Sterke cliënten van de ergotherapeut
Ø
Cliëntgericht, vriendelijk, het bieden van een luisterend oor
Cliëntgericht, vriendelijk, het bieden van een luisterend oor
Fase 5: onderhandelen over uitkomsten en het maken van het plan van aanpak
(In deze fase kan al veel specifieker aan C. haar doelstelling worden
gewerkt alsook aan haar eigen problemen bij het handelen.)
Bezoek 1
1.
C. kan haar eigen uitvindingen demonstreren aan
ons.
Ze kan hierbij haar beste
hulpmiddel uitkiezen maar ondanks alles is ze hier niet tevreden. Een link naar
CMOP kan worden gemaakt doordat ze alle uitvinden een 0/10 geeft naar
uitvoering en tevredenheid.
2. Het
hulpmiddel zou ze graag in verschillende ruimten kunnen gebruiken alsook
verstelbaar in verschillende standen.
3.
Het functionele aspect is momenteel veel
belangrijker dan het ethische. Later kan er misschien gezorgd worden om het
mooi te laten ogen
Ergotherapie – therapieplan
Ø
Lange termijn doelstelling
C. kan haar eigen doelstelling formuleren.
“Ze verwacht dat het lezen kan hervat worden.”
ð De
doelstelling kan uitgebreid worden in vrije tijd alsook in werksituatie!
ð
C. is gemotiveerd om mee te werken aan het
project.
Fase 6: uitvoeren van het plan van aanpak door handelen
Bezoek
2
1.
C. kan terug haar doelstelling opnieuw
formuleren .
2.
C. kan haar probleem definiëren. Ze heeft dyscopathie en reuma maar verder
onderzoek moeten nog meer uitwijzen.
3.
Bij dit probleem werd dieper ingegaan. Ze
vertoont vooral problemen bij lig en niet zozeer bij zit.
COPM
Stap 1: Inventarisatie van problemen in het dagelijks handelen (Reeds
geordend naar belangrijkheid)
1.
Problemen door de constante” knik-beweging”
(Het hoofd in constante flexie met kin naar borst toe.)
2.
Probleem met de leesafstand (Het lezen kan
niet worden volgehouden door het vasthouden van het boek. Alsook de nood aan
een leesbril)
3.
Problemen met de “vrije” armen (Momenteel
gebruikt ze nog haar handen en armen, ze had graag haar bovenste ledematen
vrij om te kunnen lezen)
|
0.
0.
0.
|
ð
C. gaf aan dat ze graag langer dan 30 minuten
zou kunnen lezen.
ð C.
kan haar problemen naar precisie duiden.
ð
C. heeft er een goed oog op dat er een oplossing
te vinden is voor het probleem.
Bezoek
3
1.
C. is tevreden met het resultaat.
2.
C. vertoont enkel moeilijkheden bij
fijnmotorische handelingen. Zoals de 3 puntsgreep bij het nemen van een vijs.
Of het grijpen van een fijne draad.
COPM
Stap 1: Inventarisatie van problemen in het dagelijks handelen,
geordend naar belangrijkheid
Problemen door de constante” knik-beweging” (Het hoofd in constante
flexie met kin naar borst toe.)
Probleem met de leesafstand (Het lezen kan niet worden volgehouden
door het vasthouden van het boek. Alsook de nood aan een leesbril)
Problemen met de “vrije” armen (Momenteel gebruikt ze nog haar handen
en armen, ze had graag haar bovenste ledematen vrij om te kunnen lezen)
|
Stap 2: Ordenen naar belangrijkheid
1.
2.
3.
|
Stap 3: Scoren van eerste onderzoek
Probleem 1.
Probleem 2.
Probleem 3.
|
Uitvoering en tevredenheid
Nul
Nul
Nul
|
Herhalingsonderzoek
Uitvoering en tevredenheid
8 en 8
8 en 8
9 en 9
|
Stap 4: SCORES
|
0
|
8,3 en 8,3
|
C. geeft de leeshulp hoge cijfers in vergelijking met haar
eigen gebruikte uitvindingen. Mits enkele aanpassingen voor fijne motoriek en
mist het veelvuldig gebruik van het leestoestel, zullen haar problemen
“opgelost” zijn.
C. had er een goed oog op om een oplossing te vinden samen
met team. Bij deze is dit alvast gelukt!
Fase 7: evalueren van uitkomsten
C. is heel tevreden over het resultaat. Bij het uitproberen
van haar leeshulp werden de problemen, die ze toen zelf had gerangschikt naar
belangrijkheid, “opgelost”. Een
terugblik naar het eerste bezoek is in deze fase onontbeerlijk.
C. had verschillende toestellen die voor haar niet bruikbaar waren, dankzij de nieuwe leeshulp, kon C. terug aan de slag met haar favoriete boeken. Echter is deze fase niet afgesloten maar moet men het zien als een cyclus die constant in beweging blijft (Fearing et al.). Bij het einde van ons bezoek, kon de leeshulp nog verbeterd worden. Meer specifiek het handmotorisch bewegen in de vingers. Hieruit kunnen terug nieuwe doelstellingen geformuleerd worden
C. had verschillende toestellen die voor haar niet bruikbaar waren, dankzij de nieuwe leeshulp, kon C. terug aan de slag met haar favoriete boeken. Echter is deze fase niet afgesloten maar moet men het zien als een cyclus die constant in beweging blijft (Fearing et al.). Bij het einde van ons bezoek, kon de leeshulp nog verbeterd worden. Meer specifiek het handmotorisch bewegen in de vingers. Hieruit kunnen terug nieuwe doelstellingen geformuleerd worden
Geen opmerkingen:
Een reactie posten